Lees pagina voor

Wet kwaliteitsborging

Op 1 januari 2024 veranderen de bouwregels. De Omgevingswet knipt de bouwvergunning op in twee delen: het ruimtelijk en technisch bouwen. Bij het ruimtelijk bouwen wordt beoordeeld of het plan voldoet aan het Omgevingsplan (huidige bestemmingsplan) en aan redelijke eisen van Welstand.

Technisch bouwen gaat over of uw bouwplan voldoet aan de bouwtechnische voorschriften. De regels hiervoor staan in de Wet kwaliteitsborging. Deze wet treedt ook op 1 januari 2024 in werking.

Voor het technisch bouwen moet u een vergunning hebben of een melding indienen. Kleine bouwwerken zijn vaak vergunningvrij.

Gevolgklassen

De Wkb onderscheidt vier gevolgklassen voor bouwwerken. De gevolgklasse zegt iets over hoe risicovol een bouwwerk is. De gevolgklasse waar uw bouwwerk in valt, bepaalt welke regels gelden.

Gevolgklasse 0: vergunningvrij

Bouwwerken in gevolgklasse 0 zijn vergunningsvrij. Bijvoorbeeld dakkapellen, dakramen of kozijnen. U moet voldoen aan de bouwtechnische regels, maar dat is uw eigen verantwoording. De voorschriften staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving en in het Omgevingsplan.
Let op: het kan zijn dat u wel een vergunning nodig hebt voor ruimtelijk bouwen. Deze vraagt u in dat geval als eerste aan.

Gevolgklasse I: meldingsplicht en kwaliteitsborger

Gevolgklasse I zijn bouwwerken met een laag risico. Bijvoorbeeld woningen, woonboten, recreatiewoningen en industriegebouwen van maximaal 2 bouwlagen. Hierop zijn een aantal uitzonderingen. Bijvoorbeeld als u in of op een monumentaal pand gaat bouwen. Alleen nieuwbouw valt in gevolgklasse I. Vergunningplichtige verbouwingen gaan hier pas na 1 juli 2024 onder vallen.
Voor bouwwerken in gevolgklasse I moet u een kwaliteitsborger inhuren. De kwaliteitsborger controleert voor en tijdens de bouw of het bouwplan voldoet aan de bouwtechnische voorschriften. Nu toetst de gemeente dit nog voordat de bouw begint. Door de Wkb doet de gemeente dit voor bouwwerken in gevolgklasse I niet meer.
De gemeente blijft wel betrokken. U moet namelijk een bouw- en gereedmelding indienen bij de gemeente. Ook blijft de gemeente bevoegd gezag. De gemeente kan dus toezicht houden en handhaven als dat nodig is.

Gevolgklasse II en III: vergunning technisch bouwen

Gevolgklasse II en III zijn risicovolle bouwwerken. Bijvoorbeeld appartementencomplexen, scholen of hotels. Voor deze bouwwerkzaamheden heeft u een omgevingsvergunning voor het technisch bouwen nodig. Daarnaast is een vergunning voor het ruimtelijk bouwen verplicht.
De gemeente toetst bouwplannen in deze gevolgklassen zelf aan de bouwtechnische voorschriften. Ook houdt de gemeente toezicht tijdens de bouw. U hoeft geen kwaliteitsborger in te huren.
In welke gevolgklasse valt uw bouwwerk?
Via de vergunningencheck van het Omgevingsloket controleert u in welke gevolgklasse uw bouwwerk valt en of u een vergunning nodig heeft of een melding moet doen.

Lokale risico’s

De Wet kwaliteitsborging verplicht in artikel 2.19, lid 2 dat initiatiefnemers door het bevoegd gezag vooraf kenbaar gemaakte specifieke lokale omstandigheden meenemen in een risicobeoordeling.
Zijn de vooraf meegegeven risico’s niet opgenomen dan is een melding onvolledig en dus niet gedaan. Het gaat hierbij om zaken die te maken hebben met de regels voor bouwen in hoofdstuk 4 en 5 van het Bbl (Besluit bouwwerken leefomgeving) . De vooraf meegegeven risico’s dienen achteraf te worden verantwoord in het dossier bevoegd gezag.
De Gemeente Wijchen en Druten zien grofweg een drietal situaties waarbij aandacht dient te worden besteed aan specifiek lokale omstandigheden.

Gesteldheid van de bodem

Indien de draagkracht van de bodem onvoldoende is voor een fundering op “staal” en funderingspalen zijn constructief noodzakelijk, dienen deze palen in de grond te worden geboord om trillingshinder te voorkomen.

Geluid van (spoor)wegen)

Indien voor de bouwlocatie een hogere waarde Wetgeluidhinder is vastgesteld, dient een akoestisch onderzoek naar de geluidwering van de gevels te worden bijgevoegd. Aangetoond moet worden dat de vereiste karakteristieke geluidwering Ga;k voldoende is voor het vastgestelde binnen geluid niveau in het Besluit bouwwerken leefomgeving.

Wat moet u doen?

Overleg vooraf met de gemeente over uw plannen. Dan komt u niet voor verrassingen te staan. Neem bij het maken van uw plannen zo vroeg mogelijk contact op met de gemeente door een mail te sturen naar omgevingsloket@drutenwijchen.nl.

Vanaf 1 januari 2024 doet u de vergunningcheck, aanvraag of melding via het omgevingsloket (Deze link gaat naar een externe website).

In geval van een bouwwerk in gevolgklasse I: kwaliteitsborger

Stap 1: omgevingsvergunning ruimtelijk bouwen

U controleert via het Omgevingsloket (Deze link gaat naar een externe website) of u een omgevingsvergunning voor ruimtelijk bouwen (omgevingsplanactiviteit) nodig hebt. Heeft u een vergunning nodig? Dan vraagt u deze aan via hetzelfde Omgevingsloket (Deze link gaat naar een externe website). De gemeente controleert of uw aanvraag voldoet aan de regels in het Omgevingsplan. Binnen 8 weken beslist de gemeente op uw aanvraag.

Stap 2: inhuren kwaliteitsborger

U huurt een kwaliteitsborger in. Op de website Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (Deze link gaat naar een externe website) vindt u een lijst met kwaliteitsborgers.

Stap 3: bouwmelding indienen

U dient een bouwmelding in via het Omgevingsloket. Hierbij levert u een risicobeoordeling en borgingsplan in. Ook geeft u aan wie uw kwaliteitsborger is.
Lever alle informatie aan waar om gevraagd wordt.
U mag niet beginnen met bouwen voordat u een complete melding hebt ingediend. U hoort van de gemeente of uw melding is geaccepteerd of afgewezen.
Ontbreekt er informatie? Dan moet u een nieuwe melding indienen.
Vier weken na het indienen van de melding mag u met de bouw beginnen. Als de bouw niet binnen 1 jaar is gestart, vervalt de melding.

Stap 4: start bouw

Twee dagen voor het begin van de bouw geeft u dit door via het Omgevingsloket.

Stap 5: controle door kwaliteitsborger

De kwaliteitsborger controleert of aan de bouwtechnische voorschriften wordt voldaan. Als er een reden is, controleert de gemeente of er aan de bouwvoorschriften wordt voldaan. Ook als geen bouwmelding of gereedmelding is ingediend kan de gemeente handhaven. De kwaliteitsborger mag dit niet.
U ontvangt een verklaring van de kwaliteitsborger als het vertrouwen bestaat dat het bouwwerk aan de bouwtechnische voorschriften voldoet.

Stap 6: gereedmelding

U dient een gereedmelding in via het Omgevingsloket. Hierbij levert u de verklaring van de kwaliteitsborger in. Ook levert u allerlei gegevens aan over het bouwwerk (het ‘dossier bevoegd gezag’).
Lever alle informatie aan waar om gevraagd wordt. U mag het bouwwerk niet gebruiken voordat u een complete gereedmelding heeft ingediend. U hoort van de gemeente of uw melding is geaccepteerd of afgewezen. De gereedmelding dient u in twee weken voor u het bouwwerk wil gebruiken.

Stap 7: einde van de bouw

Eén dag na het stoppen van de bouw geeft u dit door via het Omgevingsloket.

In geval van een bouwwerk in gevolgklasse II en III

Stap 1: vergunning ruimtelijk bouwen

Voor bouwwerken in de gevolgklasse II en III heeft u een omgevingsvergunning ruimtelijk bouwen nodig. Deze kunt u aanvragen via het Omgevingsloket.

Stap 2: vergunning technisch bouwen

U heeft ook een vergunning nodig voor het technisch bouwen. Deze kunt u aanvragen via het Omgevingsloket (Deze link gaat naar een externe website). U kunt het ruimtelijke en technisch bouwen ook tegelijk aanvragen, zoals u het vóór 1 januari 2024 deed.

Stap 3: start bouw

Heeft u voor het ruimtelijk en technisch bouwen toestemming gekregen van de gemeente? Dan mag u beginnen met bouwen. Twee dagen voor de start van de bouw geeft u dit door via het Omgevingsloket.

Stap 4: toezicht tijdens de bouw

De gemeente houdt toezicht op de bouwwerkzaamheden. Wij kunnen handhavend optreden als u niet aan de regels voldoet.

Stap 5: einde van de bouw

Eén dag na het stoppen van de bouw, geeft u dit door via het Omgevingsloket.

Filmpje over de Wkb

Hier kunt u een filmpje over de Wkb bekijken. Let op: de genoemde invoeringsdatum (1 januari 2023) klopt niet. Dit moet 1 januari 2024 zijn.