Lees pagina voor

Wijkverwarming in Druten

Gemeente Druten onderzoekt of het mogelijk is om gebruik te gaan maken van wijkverwarming. In Nederland is afgesproken dat we vanaf 2050 geen aardgas meer gebruiken voor het verwarmen van woningen. Dat is beter voor het milieu en helpt om klimaatverandering tegen te gaan. Er zijn dus andere manieren van verwarmen nodig. Manieren die het milieu niet of veel minder belasten. Druten ziet kansen voor wijkverwarming door middel van een warmtenet.

Bij een eerste onderzoek keek de gemeente of het warmtenet technisch te realiseren is tegen betaalbare tarieven. Het gaat om grote investeringen en het brengt de nodige technische uitdagingen met zich mee. Zij werkt daarvoor samen met andere partijen, zoals woningcorporatie Woonwaarts, de rioolzuivering en het GWIB (Gelders Warmte Infra Bedrijf). Alle partijen willen een samenwerkingsovereenkomst sluiten om het project een vervolg te geven. Zij hebben daarbij geen commercieel belang. Het is de de bedoeling om een publiek warmtebedrijf op te richten, zonder winstoogmerk.

Wat is wijkverwarming?

Wijkverwarming verwarmt meerdere woningen via een gezamenlijk warmtenet. Bewoners hebben geen cv-ketel meer nodig. Hun huis wordt dan verwarmd vanuit een collectieve warmtebron.

Welke duurzame bron gebruiken we?

Het beoogde warmtenet maakt gebruik van een TEA-warmtebron. TEA staat voor Thermische Energie uit Afvalwater. Die TEA-warmtebron is de rioolzuiveringsinstallatie (RWZI) van Waterschap Rivierenland aan de Heersweg in Druten. De TEA kan eventueel worden gekoppeld aan een warmte- en koudeopslag in de bodem (WKO).

Het benodigde water wordt naar een basistemperatuur gebracht met behulp van warmte die wordt onttrokken uit de rioolzuiveringsinstallatie. Een centrale warmtepomp verwarmt het water naar de gewenste temperatuur. Via een ondergronds leidingnetwerk wordt het warme water naar huizen getransporteerd.

Waar komt de wijkverwarming?

Voor het onderzoek is gekeken naar woningen en gebouwen die dicht bij de bron (de rioolzuiveringsinstallatie) liggen en geschikt zijn om aangesloten te worden op een warmtenet. Woningen in de buurten Druten-West (tussen Heuvel en Van Heemstraweg), Boldershof en de westkant van Oud-Druten (straten rondom Ambthuisplein) lijken hiervoor het meest geschikt. Het gaat in totaal om zo’n 800 woningen. Ongeveer 275 daarvan zijn particulier eigendom. In de rest, circa 525 woningen, wonen mensen die een woning huren bij Woonwaarts.

Waarom is gekozen voor de buurten Druten-West, Boldershof en de westkant van Oud-Druten?

Deze wijken liggen dicht bij de warmtebron: de rioolzuiveringsinstallatie. Er is gekeken naar de bestaande woningen. Die zijn relatief wat ouder, wat vaak betekent dat ze minder goed geïsoleerd zijn en daarom minder geschikt zijn voor aansluiting op een elektrische warmtepomp. Een warmtenet is daarom voor dit soort woningen een goede mogelijkheid om aardgasvrij te worden.

Daarnaast speelt de capaciteit van de rioolwaterzuivering een rol. Deze kan een beperkt vermogen aan warmte opwekken. Hoe dichter de woningen bij de rioolwaterzuivering staan, des te minder investering in het transportnetwerk richting woningen.

Tot slot is gekeken naar de woningdichtheid en welke straten zich het beste lenen voor de aanleg van een warmtenet. Door deze criteria bij elkaar te brengen, bleken de genoemde buurten het best geschikt.

Wat betekent het voor bewoners?

Voorlopig verandert er nog niets voor bewoners. Het duurt nog een aantal jaren voordat de wijken echt van het aardgas af kunnen. Dit onderzoek is een eerste stap in een proces waarbij stap-voor-stap wordt toegewerkt naar de ontwikkeling van een wijkverwarming.

Nu er duidelijkheid is over de technische haalbaarheid zal de gemeente bewoners bij het proces gaan betrekken. Samenwerkingspartners en bewoners kunnen zo samen verder werken aan de uitwerking van de plannen. We nodigen bewoners van harte uit om mee te denken. U kunt een mail sturen naar wijkverwarming@druten.nl.

Waarom ontwikkelen we warmtenetten in Nederland?

In 2019 kwam het Nederlandse Klimaatakkoord tot stand. Hierin zijn de afspraken van het Internationaal Klimaatakkoord van Parijs (2015) naar landelijk niveau vertaald. In het Klimaatakkoord staat dat Nederland in 2030 de CO2-uitstoot met 55% wil beperken ten opzichte van 1990. Er zijn aparte doelstellingen voor de industrie, voor de opwek van duurzame elektriciteit en voor de gebouwde omgeving. Onder gebouwde omgeving verstaan we alle gebouwen. Het gaat dus zowel om woningen als bedrijfspanden en bijvoorbeeld instellingen.

Om de doelstellingen te halen moeten we gebouwen zoveel mogelijk aardgasvrij maken. Volgens de afspraken uit het Klimaatakkoord ligt het initiatief hiervoor bij de gemeenten. De Rijksoverheid heeft elke gemeente gevraagd om een visie te ontwikkelen waarin ze aangeeft op welk moment, in welke wijk en buurt en met welke technieken gebouwen aardgasvrij kunnen worden gemaakt.

Waar staan we nu?

In 2023 heeft bureau Innoforte - een bureau uit Druten dat gespecialiseerd is in duurzame warmteoplossingen - een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd. Uit het onderzoek blijkt dat het technisch en economisch haalbaar is om een warmtenet te ontwikkelen voor de buurten Druten-West, Boldershof en het westelijke deel van Oud-Druten.

Gemeente Druten werkt bij de ontwikkeling van het warmtenet nauw samen met woningcorporatie Woonwaarts, de afvalwaterzuivering en met het Gelders Warmte InfraBedrijf (GWIB).

Het GWIB is opgericht door de provincie Gelderland, met als doel gemeenten te ondersteunen bij de realisatie van warmtenetten. Het GWIB heeft veel kennis en ervaring bij het oprichten van warmtebedrijven en heeft bovendien kapitaal om te investeren in de infrastructuur.

Wanneer wordt het warmtenet aangelegd?

Uit ervaringen van andere gemeenten blijkt dat de ontwikkeling van een warmtenet de nodige tijd vraagt. De komende jaren zijn nodig om plannen te maken, het project aan te besteden, contracten af te sluiten en bijvoorbeeld subsidies aan te aanvragen. Bovendien zijn er veel verschillende partijen betrokken, waardoor het proces niet altijd rechtlijnig verloopt. De gemeente wil het proces zorgvuldig doen. Het is belangrijk dat iedereen die erbij betrokken is, goed op de hoogte blijft van de stappen die gezet gaan worden. Tegelijkertijd vraagt het ook flexibiliteit, omdat we rekening moeten houden met ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving. Als alles goed verloopt, zal de realisatie op zijn vroegst in 2026 kunnen starten.

Wie betaalt de overstap naar een warmtenet?

De eigenaar van de woning betaalt een Bijdrage Aansluit Kosten (BAK). Als u een woning huurt, betaalt de eigenaar deze kosten. Dit is een eenmalige investering om de woning aan te kunnen sluiten op het warmtenet. Hiervoor zijn subsidies beschikbaar. We willen ervoor zorgen dat er een goede prijs komt voor de BAK.

We weten op dit moment nog niet hoe hoog de BAK precies zal zijn, maar het onderzoek laat zien dat het mogelijk is om tot een BAK te komen die aanvaardbaar is. In de volgende fase wordt de exacte bijdrage bepaald, zodat we een goed en duidelijk aanbod kunnen doen aan bewoners die willen overstappen.

In Druten zijn we van plan samen te werken met het Gelders Warmte Infra Bedrijf (GWIB), dat door de provincie is opgericht. GWIB ondersteunt gemeenten bij de ontwikkeling van warmtenetten. Door deze samenwerking kunnen we eerlijke prijzen in rekening brengen en het publieke belang beter dienen.

Wat doet de gemeente om inwoners te betrekken?

Nu we weten dat aanleg van een warmtenet technisch mogelijk is, gaan we starten met het invullen van de volgende stappen. Hoe die er precies uit komen te zien, moeten we nog beslissen. We willen hierover graag in gesprek met inwoners om er achter te komen waar mensen behoefte aan hebben. Dat kan bijvoorbeeld via het organiseren van informatieavonden en keukentafelgesprekken. Ook het oprichten van een werkgroep of panel zou heel zinvol kunnen zijn. Ideeën over wijkverwarming kunt u mailen naar wijkverwarming@druten.nl.

Wie beslist of het warmtenet er daadwerkelijk komt?

De gemeenteraad heeft een belangrijke rol in de besluitvorming, omdat de gemeente moet investeren in het warmtenet. De gemeenteraad zal dit besluit pas nemen als de plannen goed uitgewerkt zijn en als het aanbod voor inwoners duidelijk is. . De gemeente wil bewoners hier goed bij betrekken zijn. Het is ook nodig dat er voldoende inwoners meedoen om het project financieel haalbaar te maken.

Voor de woningcorporatie is bij wet geregeld dat 70% van de huurders akkoord moet gaan met de aansluiting op wijkverwarming.

Warmtenetten zijn momenteel vaak negatief in het nieuws. Waarom wil de gemeente dan toch een warmtenet ontwikkelen

In Nederland zijn veel warmtenetten ontwikkeld door private warmtebedrijven, zoals Vattenfall en Ennatuurlijk. De prijs die een consument betaalt voor het afnemen van warmte is wettelijk gekoppeld aan de gasprijs. Door de sterke stijging van de gasprijzen de afgelopen tijd, zijn de kosten voor warmtenetten ook gestegen. Dat heeft gezorgd voor een negatief beeld.

Bij de ontwikkeling van de wijkverwarming in Druten werken we samen met publieke partners zoals woningcorporatie Woonwaarts, de rioolzuivering en het GWIB (Gelders Warmte Infra Bedrijf). Zij hebben geen commercieel belang. Het is de de bedoeling om een publiek warmtebedrijf op te richten, zonder winstoogmerk. Op deze manier zorgen we voor betaalbare tarieven. Op dit moment is de wetgeving in beweging, met als doel de warmtenetten makkelijker te ontwikkelen en consumenten beter te beschermen. Na inwerkingtreding van deze nieuwe warmtewet zullen warmtebedrijven voor het merendeel in publieke handen moeten zijn. Om te voorkomen dat er grote winsten gemaakt worden en om de consument beter te beschermen.

Meer informatie

Wilt u op de hoogte blijven van de ontwikkelingen rond het warmtenet en de wijkverwarming, meld u dan aan voor de nieuwsbrief.